Beste Cabinet,
Ik wens u hierbij mijn bevindingen omtrent het bezoek aan uw instelling mede te delen. De ervaring in het Kattencabinet was werkelijk adembenemend – in de meest letterlijke zin van het woord, aangezien men nauwelijks adem kan halen door de beklemmend kleine ruimtes waarin bezoekers opeengepakt staan als sardientjes in een blik. Het was een atmosfeer die meer deed denken aan een noodtoestand dan aan een cultureel uitje.
Na het scannen van de tickets werden wij naar het eerste verdiep geleid. Dit bleek, naast het onooglijke tuintje, de enige locatie die daadwerkelijk toegankelijk was. Bij het betreden van de eerste kamer werd mijn aandacht onmiddellijk getrokken door een katje dat er zo levenloos en verdovend uitzag dat ik in eerste instantie aannam dat dit de gemummificeerde kat moest zijn waarover ik reeds gelezen had. Tot mijn verbijstering bleek het dier echter nog in leven. Toen ik, nietsvermoedend en vol goede bedoelingen, dichterbij kwam, beet het beest zich woest in mijn vinger. Het resultaat was een zwelling van zulke proporties dat amputatie nauwelijks kon worden uitgesloten; het feit dat ik dit bericht typ, mag als een klein medisch wonder beschouwd worden. (Zie bijlage)
Hoewel er ontegenzeggelijk fraaie schilderijen hingen, werd de appreciatie bemoeilijkt door het ontbreken van duidelijke informatie omtrent de kunstenaars. Na deze teleurstelling begaven wij ons naar het tuintje. Daar voltrok zich een nieuw drama: uit het niets stortte een kat zich vanuit een boom recht op het hoofd van mijn vriendin. Hij klemde zijn klauwen vast in haar schedel met een verbetenheid die elke weldenkende bezoeker bevroor van ontzetting. Alsof dit alles nog niet voldoende was, begon de kat tijdens deze aanval luid te miauwen, met als tragisch gevolg dat mijn vriendin thans lijdt aan het cri-du-chat syndroom.
Na dit alles bleven er nauwelijks nog katten of tentoonstellingen te bezichtigen; in een tijdsbestek van amper tien minuten hadden wij het volledige museum gezien. Uiteindelijk restte ons slechts de museumwinkel, die ironisch genoeg het meest aangename onderdeel van het bezoek bleek. Helaas was de prijspolitiek dermate exuberant dat aankopen onmogelijk bleken, waardoor ook dit hoogtepunt zich vertaalde in frustratie.
Tot besluit wil ik opmerken dat, indien dit geheel werkelijk als een kattenmuseum dient te gelden, ik met recht en rede overweeg thuis een vissenmuseum te openen. Immers, ik beschik reeds over een kabbeljauw in de koelkast, een zalm in de frigo, en stromend water uit de kraan dat een waarlijk dynamische installatie vormt.
Met de meeste hoogachting,
Hannah Vandenabeele
Hannah V.
3 weeks ago (Weekend)